Montageanleitung Montagehandleiding - zum Rolladen-Fenster-Shop

Die Seite wird erstellt Kira Falk
 
WEITER LESEN
WGM 2030/2020 Design

Montageanleitung
Montagehandleiding

   Wichtige Hinweise für den Fachhändler.
   Montageanleitung ist zu lesen und zu beachten.
   Belangrijke aanwijzingen voor de vakhandelaar.
   De montage- en bedieningshandleidingen dienen
   goed doorgelezen en in acht genomen te worden.

www.weinor.de
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                           Montagehandleiding
㛯㛯㛯

                       2
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                       Montagehandleiding
㛯㛯㛯
 Inhaltsverzeichnis                                 Seite        Inhoudsopgave                                      pagina
  1.   Werkzeugliste                                 4            1.   Gereedschapslijst                             5
  2.   Explosionszeichnung WGM 2020 Design           6            2.   Explosietekening WGM 2020 Design              6
  3.   Funktionszeichnung                           10            3.   Functietekening                              10
                                                                  3.1 Verklaring van de afzonderlijke onderdelen
  3.1 Erläuterung der Einzelteile und Angabe von
                                                                      en vermelding van de afmetingen               11
      Funktionsmaßen                                11
                                                                  4.   Veiligheidsinstructies                       12
  4.   Sicherheitshinweise                          12
                                                                  4.1 Doorlezen van de montage- en
  4.1 Lesen der Montage- und Bedienungsanleitungen 12                 bedieningshandleidingen                       12
  4.2 Qualifikation                                 12            4.2 Kwalificatie                                  12
  4.3 Transport                                     12            4.3 Transport                                     12
  4.4 Hochziehen mit Seilen                         13            4.4 Ophijsen met touwen                           13
  4.5 Konsolenmontage                               13            4.5 Montageconsolen                               13
  4.6 Befestigungsmittel                            13            4.6 Bevestigingsmiddelen                          13

  4.7 Aufstiegshilfen                               13            4.7 Klimmateriaal                                 13
                                                                  4.8 Beveiliging tegen vallen                      13
  4.8 Absturzsicherung                              13
                                                                  4.9 Elektroaansluiting                            14
  4.9 Elektroanschluss                              14
                                                                  4.10 Gedeeltelijk gemonteerde zonneschermen       14
  4.10 Teilmontierte Markisen                       14
                                                                  4.11 Gebruik                                      14
  4.11 Bestimmungsgemäße Verwendung                 14
                                                                  4.12 Ongecontroleerde bediening                   14
  4.12 Unkontrollierte Bedienung                    14            4.13 Verkorte montagebeschrijving voor
  4.13 Montageablauf für WGM 2030/2020 Design                          WGM 2030/2020 Design                         15
       vereinfacht                                  15            5.   Montage van een vlak scherm                  16
  5.   Montage einer Flachanlage                    16            5.1 Montage van de montagesteunen,
  5.1 Montage der Stützfüße, der Profile und                          de profielen en de bevestiging van de kast    17
      der Kastenbefestigung                         17            5.2 Montage en in de juiste positie brengen
  5.2 Montage und Ausrichten der Profile und                          van de kast                                   18
      des Kastens                                   18            5.3 Montage van de afstandsbuis                   19
  5.3 Montage des Distanzrohres                     19            5.4 Het aanbrengen en spannen van de draad        20

  5.4 Das Einlegen und Spannen des Seiles           20            5.5 Het spannen van de draad                      22
                                                                  6.   Montage van een gebogen scherm
  5.5 Das Spannen des Seiles im Servicefall         22
                                                                       WGM 2020 Design                              23
  6.   Montage einer Bogenanlage WGM 2020 Design 23               7.   Montage van een WGM met meerdere
  7.   Montage einer WGM mit mehreren Feldern       24                 schermen                                     24
  8.   Besondere Montagefälle                       26            8.   Speciale montage-gevallen                    26
  8.1 Montage in einer Nische                       26            8.1 Montage in een nis                            26
  8.2 Montage in einer Laibung                      26            8.2 Montage tussen kozijnen                       26
                                                                  8.3 Verticale montage                             27
  8.3 Senkrechte Montage                            27
                                                                  8.4 Montage van schuin omhooglopende schermen 27
  8.4 Montage hochfahrender Anlagen                 27
                                                                  8.5 Motorafstelling                               28
  8.5 Motoreinstellung                              28
                                                                  9.   Proefdraaien                                 28
  9.   Probelauf                                    28
                                                                  9.1 Gevaar voor verwondingen                      29
  9.1 Quetsch- und Scherbereich                     29            9.2 Aansluiten van zonnecel en windmeter          29
  9.2 Anschluss von Sonnen- und Windwächter         29            9.3 Functiecontrole van het zonnescherm           29
  9.3 Funktionsprüfung der Anlage                   29           10.   Analyse van eventueel optredende storingen   31
 10.   Fehleranalyse                                30           11.   Oplevering                                   32
 11.   Übergabe                                     32           11.1 Concept opleveringsprotocol                   34
 11.1 Vorschlag Übergabeprotokoll                   33           12.   Reparaties                                   35
 12.   Reparaturen                                  35           12.1 Vervangen van de motor
                                                                      (behalve bij montage in een nis)              35
 12.1 Motorwechsel (außer Nischenmontage)           35
                                                                 12.2 Het verwisselen van het doek                  36
 12.2 Tuchwechsel                                   36
                                                                       Conformiteitsverklaring                      39
       EU-Konformitätserklärung                     38                 Verdere weinor producten                     40
       Weitere weinor Produkte                      40

WGM 2030 Design ist immer eine Flachanlage ohne Bogen.          WGM 2030 Design is altijd een vlakscherm.
WGM 2020 Design ist immer eine Bogenanlage.                     WGM 2020 Design is altijd een boogscherm.

                                                            3
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                         Montagehandleiding
㛯㛯㛯
1.     Werkzeugliste
Nachfolgend ist das Werkzeug aufgeführt, welches Sie zum Zu-
sammenbau der WGM 2030/2020 Design benötigen. Werkzeuge,
die Sie zum Befestigen der WGM auf der Unterkonstruktion, zum
Montieren des Zubehörs (z. B. Sonnen- und Windwächter), oder
zu deren elektrischen Anschluss benötigen, sind nur teilweise auf-
geführt.

 Werkzeug/Hilfsmittel                        Größe                            Verwendung
 • Maul-, Ringschlüssel oder Ratsche         8                                • Verschrauben des Kastendaches an den
                                                                                Kopfplatten
                                             10                               • Befestigung der Transportprofile an den
                                                                                Kopf- und Mittelplatten
                                                                              • Befestigung der Endkappen an den
                                                                                Transportprofilen
                                                                              • Klemmen des Kastenbodens in der
                                                                                Kastenklammer
                                             13                               • Befestigung der Stützfüße an den
                                                                                Transportprofilen
                                                                              • Befestigung der Distanzrohre an den
                                                                                Transportprofilen
                                                                              • Befestigung der Winkel an der
                                                                                Kastenklammer

 • Kreuzschraubendreher                      2                                • Verschrauben des Ausfallprofildeckels und
                                                                                des Einlaufnockens oben am Ausfallprofil

 • Inbusschlüssel                            SW 3                             • Verbinden der Transportprofilsegmente
                                                                                bei Bogenanlagen
                                             SW 4                             • Klemmen der Seilklemme
                                                                              • Klemmen des Universalstützfußes
                                             SW 5                             • Klemmen des Universalstützfußes
                                                                              • Verbinden der zwei Mittelplatten
                                             SW 6                             • Spannen der Anlage mit dem Getriebe
                                                                              • Verbinden zweier Anlagenteile über die
                                                                                Klemmung in der Tuchwelle

 • Bohrmaschine, Bohrer                                                       • Befestigungslöcher für die
                                                                                Befestigungsmittel bohren

 • Stift                                                                      • Kennzeichnung der Bohrlöcher

 • Maßband                                   5m                               • Messen der Stützfußpositionen

 • Seil oder Maurerschnur                    mind. 8 m                        • diagonales Vermessen der Anlage

 • Messer                                                                     • Abtrennen des Seiles nach dem Spannen
                                                                                der Anlage

 • Feuerzeug                                                                  • Verschmelzen der Seilenden

 • Silikon                                                                    • Befestigungsschrauben zur
                                                                                Unterkonstruktion abdichten

 • Motoreinstellset                                                           • Einstellen der Endlagen des Ausfallprofils
                                                                              • Funktionsprüfung der Anlage

 • Brett, Saugnäpfe                                                           • bessere Montage
                                                                              • Schutz von Glaskonstruktionen

                                                                     4
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                  Montagehandleiding
㛯㛯㛯
                                                            1.     Gereedschapslijst
                                                            In deze lijst wordt al het gereedschap aangegeven, dat voor de
                                                            montage van de WGM 2030/2020 Design nodig is. Gereedschap,
                                                            dat u voor het bevestigen van de WGM op de onderconstructie,
                                                            de montage van de accessoires (bijv. zonnecel en windmeter) of
                                                            voor de elektrische aansluiting daarvan nodig heeft, wordt maar
                                                            gedeeltelijk aangegeven.

Gereedschapslijst/hulpmiddel                  formaat                            toepassing
• verstelbare sleutel, ringsleutel of ratel   8                                  • vastschroeven van het kastdak aan de
                                                                                   kopplaten
                                              10                                 • bevestigen van de tranportprofielen aan
                                                                                   de kop- en middenplaten
                                                                                 • bevestigen van de eindkappen aan de
                                                                                   transportprofielen
                                                                                 • klemmen van de kastbodem in de kastklem
                                              13                                 • bevestigen van de montage-steunen aan
                                                                                   de tranportprofielen
                                                                                 • bevestigen van de afstands-buis aan de
                                                                                   transportprofielen
                                                                                 • bevestigen van de hoeken aan de kastklem

• kruiskopschroevendraaier                    2                                  • vastschroeven van de deksel van het uit-
                                                                                   valprofiel en de inloopnok boven aan het
                                                                                   uitvalprofiel

• inbussleutel                                SW 3                               • verbinden van de segmenten v. h.
                                                                                   transportprofiel bij gebogen schermen
                                              SW 4                               • klemmen van de draadklem
                                                                                 • klemmen van de universele montagesteun
                                              SW 5                               • klemmen van de universele montagesteun
                                                                                 • verbinden van de 2 middenplaten
                                              SW 6                               • spannen van het zonnescherm met de
                                                                                   aandrijving
                                                                                 • verbinden van twee delen van het zonne-
                                                                                   scherm via de klemmen in de doekas

• boormachine, boor                                                              • bevestigingsgaten voor de bevestigings-
                                                                                   middelen boren markeer

• stift                                                                          • aftekenen van de boorgaten

• rolbandmaat                                 5m                                 • het uitmeten van de bevestigingsplaatsen
                                                                                   van de montage

• steunen touw                                min 8 m                            • diagonaal uitmeten van het zonnescherm

• mes                                                                            • afsnijden van het draad na het spannen
                                                                                   van het zonnescherm

• aansteker                                                                      • dichtsmelten van de draaduiteinden

• silikonenkit                                                                   • afdichten van de bevestigingsschroeven
                                                                                   bij de onderconstructie

• motor-afstelset                                                                • afstellen van de eindposities van het
                                                                                   uitvalprofiel
                                                                                 • het functioneren van het zonnescherm
                                                                                   controleren

• plank/zuignappen                                                               • voor een optimale montage
                                                                                 • als bescherming van glasconstructies

                                                        5
2.
                                                                        68
    11                                                           37
                                                                                                                                                                                                                                            㛯㛯㛯
                                                                                                                                                   49         6
    65                        38                                                                                                              53
                                                                                                                                    52                              48
              72                                                                                                          76
    10                                                                                                                                                                   18
                                                                                               50
                                                                                                                                                                               42
                                                                                                                                                                                                                      Explosionszeichnung

    74                                                                      31
                                                                                                           78             86                                                         60
                                                            34                                  32
                                                  33                                                                                                                                       73
    14                                 15
                             16                                                                                                                                                      81
                                                                                                                                                              88
     5                                                                                                                                              79
         22                                                                                                                                                                               84
     4                        64
                   85
    17                                                                                                                                                                                               93
                                                                                                                     24
                                                                                                                                                                                                                                                      WGM 2030/2020 Design

                                                                                                                                                                                                           62
                                                                                                      7                                                                  79
    41                                                                               30                                                                            92                           57               45
                                                                                                                                                         75                               49

6
                        36
                                                                                                                                             63
                                                                                                                                                                                                                      2.

    67                                                                                                                                                                    25
                                  13                                                                                           23                             90
                                                                                                                55                                 66
    54                                                                                                69
                                        12                                                                                                                                                                      47
                                                                                     28                                             19                                                                51
                                                                            91                                   3
                                                                  27                                                                                                                            89
    20
                                                                                                                                                                                          44
                                                       40
                                                                                                                                                                                71
                                                                                               39
                                                                                                                                                                                                                      Explosietekening

    35                                                                               29
                                                                       56
                                                            82
    21                                       65                                                                                          8
                   9                                                                                                      80
                                                                                                            43
    65                  83                                                                           46
                                                                                          77
                                  87                                   26        2
    70                                                           73
                                                                                                                                                                                                                                                  Montageanleitung

                                        58             59
     1
                                                                                                                                                                                                                                                  Montagehandleiding

    61
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                      Montagehandleiding
㛯㛯㛯
 1   Abdeckkappe SW13                                           1   Afdekkap SW13
 2   Abdeckstopfen B10/8 x 6,3                                  2   Afdekplug B10/8 x 6,3
 3   Abdeckstopfen B13/10 x 6,7                                 3   Afdekplug B13/10 x 6,7
 4   Adapter 70 x 70                                            4   Adapter 70 x 70
 5   Adaptersicherung links                                     5   Adapterzekering links
 6   Adaptersicherung rechts                                    6   Adapterzekering rechts
 7   Aluminiumrohr 60 x 3                                       7   Aluminium buis 60 x 3
 8   Ausfallprofil                                              8   Uitvalprofiel
 9   Befestigungsschlitten 2 x M8 x 22 x 80 x 14,5 x 120        9   Bevestigingsslede 2 x M8 x 22 x 80 x 14,5 x 120
10   Befestigungswinkel 40 x 40 x 5 x 40 Kasten                10   Bevestigingshoek 40 x 40 x 5 x 40 kast
11   Befestigungswinkel 40 x 40 x 5 x 80 Kasten                11   Bevestigingshoek 40 x 40 x 5 x 80 kast
12   Blindniet DIN 7337-A4 x 10                                12   Blindnagel DIN 7337-A4 x 10
13   Blindniet DIN 7337-A5 x 10                                13   Blindnagel DIN 7337-A5 x 10
14   Bürste IBS 175 m RB 4,8 GH 12                             14   Borstel IBS 175 m RB 4,8 GH 12
15   Dachhalteroberteil 30 mm mech. Bearb.                     15   Bovendeel dakhouder 30 mm mech. bewerking
16   Dachhalterunterteil 30 mm mech. Bearb.                    16   Onderdeel dakhouder 30 mm mech. bewerking
17   Deckel rechts mech. bearb.                                17   Deksel rechts mech. bewerking
18   Deckel-Kopfplatte rechts mech. bearb.                     18   Deksel-kopplaat rechts mech. bewerking
19   Deckelprofil für Ausfallprofil                            19   Dekselprofiel voor uitvalprofiel
20   Distanzrohreinsatz D60 x 44                               20   Inzetstuk afstandsbuis D60 x 44
21   Distanzrohrhalter mit Bolzen                              21   Afstandsbuishouder met bout
22   DUB-Bundbuchse BB1212DUB                                  22   DUB-flensmof BB1212DUB
23   Eiformklemme                                              23   Eivormklem
24   Einlaufnocke                                              24   Inloopnok
25   Einlaufnocke oben                                         25   Inloopnok boven
26   Endkappe mech. Bearb.                                     26   Eindkap mech. bewerking
27   Federaufnahme                                             27   Veeropname
28   Federschutz                                               28   Veerbeveiliging
29   Fischerdübel S8                                           29   Fischerdeuvel S8
30   Gewindestift DIN 914-M4 x 8                               30   Draadpen DIN 914-M4 x 8
31   Gleitklebeband 5423 148 x 25 mm                           31   Glijtape 5423 148 x 25 mm
32   Gleitklebeband 5423 148 x 51 mm                           32   Glijtape 5423 148 x 51 mm
33   Gleitlagerklemmteil 60 mm mech. Bearb.                    33   Glijlagerklemdeel 60 mm mech. bewerking
34   Gleitlagerschale 60 mm mech. bearb.                       34   Glijlagerschaal 60 mm mech. bewerking
35   Halfenschraube M8 x 20                                    35   Halfenschroef M8 x 20
36   Kastenbodenprofil                                         36   Kastbodemprofiel
37   Kastendachprofil                                          37   Kastbedekkingsprofiel
38   Kastenklammer 16 mm                                       38   Kastnietjes 16 mm
39   Keder 6,0 mm                                              39   Rand 6,0 mm
40   Kegelradgetriebe 1:1 mit kurzer Spindel                   40   Kegelwieltransmissie 1:1 met korte spil
41   Kopfplatte links mech. bearb.                             41   Kopplaat links mech. bewerking
42   Kopfplatte rechts mech. bearb.                            42   Kopplaat rechts mech. bewerking
43   Laufwagen links mech. Bearb.                              43   Loopwagen links mech. bewerking
44   Laufwagen rechts mech. Bearb.                             44   Loopwagen rechts mech. bewerking
45   Laufwagenachse gestaucht                                  45   Loopwagenas gestuikt
46   Laufwagenrolle mit Ansatz                                 46   Loopwagenrol met aanzet
47   Laufwagenrolle ohne Ansatz                                47   Loopwagenrol zonder aanzet
48   Linsen-Blechschr. DIN 7981-3,9 x 13-C-A2-H                48   Lensplaatschroef DIN 7981-3,9 x 13-C-A2-H
49   Linsen-Blechschr. DIN 7981-3,9 x 9,5-C-A2-H               49   Lensplaatschroef DIN 7981-3,9 x 9,5-C-A2-H
50   Linsen-Blechschr. DIN 7981-4,2 x 13-C-A2-H                50   Lensplaatschroef DIN 7981-4,2 x 13-C-A2-H
51   Messingrolle                                              51   Messingrol
52   Motor                                                     52   Motor
53   Motoradapter Somfy Orea                                   53   Motoradapter Somfy Orea
54   Passscheibe DIN 988 A2 10 x 16 x 1                        54   Sluitring DIN 988 A2 10 x 16 x 1
55   Polyesterleine 5 mm grau                                  55   Polyesterlijn 5 mm grijs
56   Raendelbolzen D8 x 21                                     56   Kartelbout D8 x 21
57   Rolle D33                                                 57   Rol D33
58   Rändelbolzen D8 x 51                                      58   Kartelbout D8 x 51
59   Scheibe DIN 9021-6,4-A2                                   59   Sluitring DIN 9021-6,4-A2
60   Scheibe DIN 9021-6,4-PA6                                  60   Sluitring DIN 9021-6,4-PA6
61   Scheibe DIN 125A-10,5 x 20 x 1                            61   Sluitring DIN 125A-10,5 x 20 x 1
62   Scheibe DIN 125A-4,3-A2                                   62   Sluitring DIN 125A-4,3-A2
63   Scheibe DIN 125A-5,3-A2                                   63   Sluitring DIN 125A-5,3-A2
64   Scheibe DIN 125A-6,4-A2                                   64   Sluitring DIN 125A-6,4-A2
65   Scheibe DIN 125A-8,4-A2                                   65   Sluitring DIN 125A-8,4-A2
66   Schlitten 23,5 x 13 x 3 M6 x 14                           66   Slede 23,5 x 13 x 3 M6 x 14
67   Schnappmuffe 8 x 12,7                                     67   Klikbevestiging 8 x 12,7
68   Sechskant-Blechschraube DIN 7976-5,5 x 13                 68   Zeskant-plaatschroef DIN 7976-5,5 x 13
69   Sechskantmutter DIN 934-M6                                69   Zeskantmoer DIN 934-M6
70   Sechskantmutter DIN 934-M8                                70   Zeskantmoer DIN 934-M8
71   Sechskantmutter selbstsichernd DIN 985-M8                 71   Zeskantmoer zelfborgend DIN 985-M8
72   Sechskantschraube DIN 933-M6 x 35                         72   Zeskantschroef DIN 933-M6 x 35
73   Sechskantschraube DIN 933-M6 x 8                          73   Zeskantschroef DIN 933-M6 x 8
74   Sechskantschraube DIN 933-M8 x 30                         74   Zeskantschroef DIN 933-M8 x 30
75   Seilblock mit Blechwirbel                                 75   Kabelblok met plaatstalen slinger
76   Seiltrommel                                               76   Kabeltrommel
77   Senk-Bl.-Schr. DIN 7982-ST4,2 x 16-C-A2-H                 77   Verzonken plaatschroef DIN 7982-ST4,2 x 16-C-A2-H
78   Senkschraube mit ISK DIN 7991-M6 x 14                     78   Verzonken schroef met ISK DIN 7991-M6 x 14
79   Sicherungsring DIN 471-10 x 1                             79   Borgring DIN 471-10 x 1
80   Sicherungsscheibe DIN 6799-5-A2                           80   Sluitring DIN 6799-5-A2
81   Spannstift DIN ISO 8752-5 x 60-A2                         81   Spanpen DIN ISO 8752-5 x 60-A2
82   Spanplattenschraube mit Senkkopf 6 x 50                   82   Spaanplaatschroef met verzonken kop 6 x 50
83   Stützfuß modern 150 mm                                    83   Steunvoet modern 150 mm
84   Transportprofil Quick                                     84   Transportprofiel Quick
85   Tuchwelleneinsatz 85 mm NE 85-2:12                        85   Inzetstuk doekas 85 mm NE 85-2:12
86   Tuchwellenprofil 85 x 1,25                                86   Doekasprofiel 85 x 1,25
87   Umlenkrolle D33                                           87   Omlegrol D33
88   Umlenkrolle D34 x 33                                      88   Omlegrol D34 x 33
89   Umlenkrolle D40                                           89   Omlegrol D40
90   Vorspanngabel                                             90   Voorspanvork
91   Zugfeder 4,25 mm LK 80 mm, 1 Öse                          91   Trekveer 4,25 mm LK 80 mm, 1 oog
92   Zugfeder 4,25 mm LK 80 mm, 2 Ösen                         92   Trekveer 4,25 mm LK 80 mm, 2 ogen
93   Zyl.-Schr. mit ISK DIN 6912 M8 x 50                       93   Cilinderschroef met ISK DIN 6912 M8 x50

                                                           7
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                              Montagehandleiding
㛯㛯㛯
Explosionszeichnung Kopfplatte rechts                                  Explosionszeichnung Kopplungsstelle
Explosietekening kopplaat rechts                                       Explosietekening koppelingspunt

          9                                                            12       4       6        1         7       2        11

                                                               3

                                                               5

     1         4                    2        8     2   6   7

                                                                                                       5       9       10        3   13   8

 1 Kopfplatte rechts mech. bearb.                                       1   Deckel-Mittelkopfplatte links
 2 Passscheibe DIN 988 A2 10 x 16 x 1                                   2   Deckel-Mittelkopfplatte rechts
 3 Scheibe DIN 9021-6,4-PA6                                             3   Endkappe Kopplung mechanische Bearbeitung
 4 Schnappmuffe 8x12,7                                                  4   Gleitbuchse
 5 Sechskantschraube DIN 933-M6 x 8                                     5   Kopplungsprofil Quick
 6 Sicherungsring DIN 471-10 x 1                                        6   Mittelkopfplatte komplett links
 7 Spannstift DIN ISO 8752-5 x 60-A2                                    7   Mittelkopfplatte komplett rechts
 8 Umlenkrolle D34 x 33                                                 8   Nutbolzen Endkappe Kopplung
 9 Bolzen fetten                                                        9   Rändelbolzen D8 x 51
Andere Seite wird spiegelbildlich montiert                             10   Scheibe DIN 125A-8,4-A2
                                                                       11   Tuchwelleneinsatz Klemmseite
                                                                       12   Tuchwelleneinsatz mit Bolzen
                                                                       13   Umlenkrolle D33

 1 Kopplaat rechts mech. bewerking                                      1   Deksel-middenkopplaat links
 2 Sluitring DIN 988 A2 10 x 16 x 1                                     2   Deksel-middenkopplaat rechts
 3 Sluitring DIN 9021-6,4-PA6                                           3   Eindkap koppeling mechanische bewerking
 4 Klikbevestiging 8 x 12,7                                             4   Geleidebus
 5 Zeskantschroef DIN 933-M6 x 8                                        5   Koppelingsprofiel Quick
 6 Borgring DIN 471-10 x 1                                              6   Middenkopplaat compleet links
 7 Spanpen DIN ISO 8752-5 x 60-A2                                       7   Middenkopplaat compleet rechts
 8 Omlegrol D34 x 33                                                    8   Groefbout eindkap koppeling
 9 Bout smeren                                                          9   Kartelbout D8 x 51
De andere zijde wordt in spiegelbeeld gemonteerd                       10   Sluitring DIN 125A-8,4-A2
                                                                       11   Inzetstuk doekas klemzijde
                                                                       12   Inzetstuk doekas met bout
                                                                       13   Omlegrol D33

                                                                   8
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                  Montagehandleiding
㛯㛯㛯
Explosionszeichnung Mittelkopfplatte links                  Explosionszeichnung Mittelkopfplatte rechts
Explosietekening middenkopplaat links                       Explosietekening middenkopplaat rechts

                                                                                                           6
                                  8

                                                                              4
                                                                   5

                                                    6

                                                    7

                                                                  3       2          2                 1

         1       4        5        4        3   2

 1   Mittelkopfplatte links mech. Bearb.                    1   Mittelkopfplatte rechts mech. Bearb.
 2   Spannstift DIN ISO 8752-5 x 45-A2                      2   Passscheibe DIN 988 A2 10 x 16 x 1
 3   Sicherungsring DIN 471-10 x 1                          3   Sicherungsring DIN 471-10 x 1
 4   Passscheibe DIN 988 A2 10 x 16 x 1                     4   Spannstift DIN ISO 8752-5 x 45-A2
 5   Umlenkrolle D34 x 33                                   5   Umlenkrolle D34 x 33
 6   Scheibe DIN 9021-6,4-PA6                               6   Bolzen fetten
 7   Sechskantschraube DIN 933-M6 x 8
 8   Bolzen fetten

 1   Middenkopplaat links mech. bewerking                   1   Middenkopplaat rechts mech. bewerking
 2   Spanpen DIN ISO 8752-5 x 45-A2                         2   Sluitring DIN 988 A2 10 x 16 x 1
 3   Borgring DIN 471-10 x 1                                3   Borgring DIN 471-10 x 1
 4   Sluitring DIN 988 A2 10 x 16 x 1                       4   Spanpen DIN ISO 8752-5 x 45-A2
 5   Omlegrol D34 x 33                                      5   Omlegrol D34 x 33
 6   Sluitring DIN 9021-6,4-PA6                             6   Bout smeren
 7   Zeskantschroef DIN 933-M6 x 8
 8   Bout smeren

                                                        9
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                Montagehandleiding
㛯㛯㛯
3.   Funktionszeichnung    3.   Functietekening

                          10
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                                                Montagehandleiding
㛯㛯㛯
3.1   Erläuterung der Einzelteile und Angabe von                                        3.1         Verklaring van de afzonderlijke onderdelen en vermelding
      Funktionsmaßen                                                                                van de afmetingen

       Bogenanlage 2-Felder
       gebogener scherm 2 velden

       Linkes Anlagenteil
                                                              Rechtes (folgendes) Anlagenteil
       linker scherm
                                                              rechter scherm

                                 Achsmaß                                                   Achsmaß
                                  asmaat                                                   asmaat
                                                                                                                                          Kastendach
                                                                                                                                          kastdak

                                                                                                                                              Kopfplatte
                                                                                                                                              kopplaat

                                                                                                                                          Transportprofil
                                                                                                                                          transportprofiel
                                                                                                                                          Kopplungsprofil
                                                                                                                                          koppelingsprofiel

                                                                                                                                          Tuch
                                                                                                                                          doek
                                                                                                                                          Ausfallprofil
                                                                                                                                          uitvalprofiel

                                  Ausf
                                         all (G
                                                esam
                                 uitva               tabw
                                       l                  icklu
                      238                                      ng)
       182

                                                                                                                        Stützfuß
                                                                                                                        steunvoet

                                                                                                                        Distanzrohr und
                                                                                                                        Distanzrohrhalter
                                                     220

                                                                                                                        afstandsbuis met
                                                                                                                        afstandsbuis-holder
                            80

                                                                                                                        Laufwagen
                                                                                                       87               loopwagen

                                                                                                                        Ausfallprofil
                                                                                                                        uitvalprofiel
                                                                                                        80

                                                                                                                        Endkappe
                                                                                                                        eindkap
       Flachanlage
       vlakscherm
                                                                                                                       Stützfuß
                                                                                                                       steunvoet
                                           85

                                                                                120

                                                                     80

                                                                                      11
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                              Montagehandleiding
㛯㛯㛯
4.     Sicherheitshinweise                                              4.     Veiligheidsinstructies
Sicherheitshinweise sind an entsprechender Stelle im Text zu            Veiligheidsinstructies kunt u op de betreffende plaats in de tekst
finden. Sie sind mit einem Symbol und einem Hinweistext gekenn-         vinden. Deze zijn met een symbool en een daarnaar verwijzende
zeichnet.                                                               tekst aangegeven.
         Wichtiger Sicherheitshinweis:                                           Belangrijke veiligheidsinstructie:
         Mit diesem Warndreieck sind Hinweise gekennzeichnet,                    Met deze waarschuwingsdriehoek zijn instructies aange-
         die eine Gefahr angeben, welche zum Tod oder zu schwe-                  geven, die belangrijk zijn voor gevaren, die de dood of
         ren Verletzungen führen kann, oder die für die Funktion                 ernstig letsel ten gevolge kunnen hebben of die voor het
         der Markise wichtig sind.                                               functioneren van het zonnescherm belangrijk zijn.
         Wichtiger Sicherheitshinweis:                                           Belangrijke veiligheidsinstructie:
         Mit diesem Warndreieck sind Hinweise gekennzeichnet,                    Met deze waarschuwingsdriehoek zijn de instructies aan-
         die eine Gefahr durch Stromschlag angeben, die zum Tod                  gegeven, die belangrijk zijn voor gevaren, die de dood of
         oder zu schweren Verletzungen führen kann, oder die für                 ernstig letsel ten gevolge kunnen hebben door het feit,
         die Funktion der Markise wichtig sind.                                  dat men onder stroom kan komen te staan of die voor
㛯㛯㛯                                                                              het functioneren van het zonnescherm belangrijk zijn.
4.1    Lesen der Montage- und Bedienungsanleitungen                     㛯㛯㛯
                                                                        4.1    Doorlezen van de montage- en bedieningshandleidingen
         Die Montage- und Bedienungsanleitungen sind zu lesen
         und zu beachten.                                                        De montage- en bedieningshandleidingen dienen goed
㛯㛯㛯                                                                              doorgelezen en in acht genomen te worden.
4.2    Qualifikation                                                    㛯㛯㛯
Die Montageanleitung richtet sich an den qualifizierten Monteur,        4.2    Kwalificatie
der über versierte Kenntnisse in folgenden Bereichen verfügt:           De montagehandleiding is bestemd voor de gekwalificeerde
• Arbeitsschutz, Betriebssicherheit und Unfallverhütungsvorschriften    monteur, die over vakkennis op de volgende gebieden beschikt:
• Umgang mit Leitern und Gerüsten                                       • veiligheidsvoorschriften op de werkplek, bedrijfsveiligheid en
                                                                          voorschriften m. b. t. ongevalpreventie
• Handhabung und Transport von langen, schweren Bauteilen
                                                                        • het omgaan met ladders en steigers
• Umgang mit Werkzeugen und Maschinen
                                                                        • het hanteren en transporteren van lange, zware bouwonderdelen
• Einbringung von Befestigungsmitteln
                                                                        • het omgaan met gereedschappen en machines
• Beurteilung der Bausubstanz
                                                                        • het aanbrengen van bevestigingsmiddelen
• Inbetriebnahme und Betrieb des Produktes
                                                                        • het beoordelen van de montageondergrond
Wird über eine dieser Qualifikationen nicht verfügt, muss ein fach-
kundiges Montageunternehmen beauftragt werden.                          • het ingebruikstellen en de werking van het product
                                                                        Indien de monteur over een van deze kwalificaties niet beschikt,
                                                                        dient de montage door een erkend montagebedrijf uitgevoerd te
         Elektroarbeiten:
                                                                        worden.
         Die elektrische Festinstallation muss gemäß VDE 100
         durch eine zugelassene Elektrofachkraft erfolgen. Die
         beigefügten Installationshinweise der mitgelieferten                    Elektro-werkzaamheden:
         Elektrogeräte sind zu beachten.                                         De elektrische installatie dient overeenkomstig VDE 100
㛯㛯㛯                                                                              door een erkende elektro-installateur uitgevoerd te
4.3    Transport                                                                 worden. De bijgevoegde installatie-instructies van de
                                                                                 geleverde elektro-apparatuur dienen in acht genomen
         Die zulässigen Achslasten und das zulässige Gesamtge-
                                                                                 te worden.
         wicht für das Transportmittel dürfen nicht überschritten
         werden. Durch Zuladung kann sich das Fahrverhalten des         㛯㛯㛯
         Fahrzeugs ändern.                                              4.3    Transport
Das Transportgut ist sachgerecht und sicher zu befestigen. Die Ver-              De toegestane asbelasting en het toegestane totale
packung der Markise ist vor Nässe zu schützen. Eine aufgeweichte                 gewicht voor het transportmiddel mogen niet overschreden
Verpackung kann sich lösen und zu Unfällen führen. Die zum                       worden. Door overbelading kan het rijgedrag van het
Zwecke der Wareneingangskontrolle geöffnete Verpackung muss                      voertuig veranderen.
für den Weitertransport wieder sachgerecht verschlossen werden.         De lading dient deskundig en veilig bevestigd te worden. De
Die Markise ist nach dem Abladen seitenrichtig zum Anbringungs-         verpakking van het zonnescherm dient tegen regen beschermd
ort zu transportieren, so dass diese nicht mehr unter engen Platz-      te worden. Nat geworden verpakking kan loslaten en dit kan tot
verhältnissen gedreht werden muss. Der Hinweis auf dem Marki-           ongevallen leiden. Verpakking, die in verband met controle bij
senkarton mit Lage- oder Seitenangabe ist zu beachten.                  de ontvangst van de goederen geopend is, dient voor het verdere
                                                                        transport vakkundig gesloten te worden.
                                                                        Het zonnescherm dient bij het uitladen in de juiste positie voor de
                                                                        montage naar de montageplek gebracht te worden, zodat het
                                                                        scherm bij eventueel plaatsgebrek niet meer gedraaid hoeft te
                                                                        worden. De instructie op de kartonnen verpakking i. v. m. de positie
                                                                        van het zonnescherm in de verpakking dient in acht genomen te
                                                                        worden.

                                                                       12
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                             Montagehandleiding
㛯㛯㛯
4.4     Hochziehen mit Seilen                                        4.4      Ophijsen met touwen
          Muss die Markisenanlage in einen höheren Bereich mit                  Als het zonnescherm met touwen omhoog getrokken
          Hilfe von Seilen hochgezogen werden, so ist die Markise               moet worden, dan dienen de volgende instructies in acht
         • aus der Verpackung zu nehmen,                                        genomen te worden:
         • mit den Zugseilen so zu verbinden, dass diese nicht                  • de verpakking verwijderen,
           herausrutschen kann,                                                 • de touwen op een dergelijke manier bij het zonnescherm
         • in waagerechter Lage gleichmäßig hoch zu ziehen.                       aanbrengen, dat het scherm er niet uit kan glijden,
Entsprechendes gilt auch für die Demontage der Markise.                         • het scherm horizontaal gelijkmatig ophijsen.
㛯㛯㛯                                                                  Deze montagehandleiding is ook van toepassing voor de demontage
4.5     Konsolenmontage                                              van het scherm.
         Vor Beginn der Montage ist zu prüfen,                       㛯㛯㛯
                                                                     4.5         Montageconsolen
         • ob die gelieferten Montagekonsolen in Art und Anzahl
           mit der Bestellung übereinstimmen,                                   Voor het begin van de montage controleren,
         • ob die bei der Bestellung gemachten Angaben über                     • of de juiste soort en het juiste aantal consoles volgens
           den Befestigungsuntergrund mit dem tatsächlich vor-                    de bestelling geleverd is,
           gefundenem Befestigungsuntergrund übereinstimmen.                    • of de bij de bestelling verstrekte gegevens m. b. t. de
Sollten hierbei Abweichungen festgestellt werden, welche die                      bevestigingsondergrond met de werkelijk aangetroffen
Sicherheit beeinträchtigen, so darf die Montage nicht durchge-                    bevestigingsondergrond overeenkomen.
führt werden.                                                        Mochten hierbij afwijkingen geconstateerd zijn, die de veiligheid
㛯㛯㛯                                                                  nadelig kunnen beïnvloeden, dan mag de montage niet uitgevoerd
4.6     Befestigungsmittel                                           worden.
         Die Markise erfüllt die Anforderungen der im CE-Kon-        㛯㛯㛯
         formitätszeichen angegebenen Windwiderstandsklasse.         4.6      Bevestigingsmiddelen
         Im montierten Zustand erfüllt sie diese Anforderungen                  Het zonnescherm voldoet aan de eisen van de in het CE-
         nur, wenn                                                              conformiteitsmerk aangegeven windweerstandsklasse
         • die Markise mit der von weinor empfohlenen Art und                   (zie bedieningshandleiding). In gemonteerde toestand
           Anzahl Konsolen montiert ist                                         voldoet het scherm aan deze eisen als
                                                                                • het zonnescherm met de door de fabrikant
                                                                                  geadviseerde soort en aantal consoles gemonteerd is,

  weinor GmbH & Co. KG
 Mathias-Brüggen-Straße 110
         50829 Köln                                                       weinor GmbH & Co. KG
                                                                         Mathias-Brüggen-Straße 110
               11                                                                50829 Köln
          EN 13 561                                                                   11
 Markise für die Verwendung
      im Außenbereich                                                            EN 13 561
      Windwiderstandsklasse:
                                                                             Zonnescherm voor
            Klasse 2                                                         toepassing buiten
                                                                             Windweerstandsklasse:
                                                                                   klasse 2
㛯㛯㛯
4.7     Aufstiegshilfen
         Aufstiegshilfen dürfen nicht an der Markise angelehnt       㛯㛯㛯
         oder befestigt werden. Sie müssen einen festen Stand        4.7      Klimmateriaal
         haben und genügend Halt bieten. Verwenden Sie nur                      Klimmateriaal mag niet tegen het zonnescherm gezet
         Aufstiegshilfen, die eine ausreichend hohe Tragkraft                   of daaraan bevestigd worden. Klimmateriaal moet stevig
         haben.                                                                 staan en genoeg houvast bieden. Gebruik uitsluitend
㛯㛯㛯                                                                             klimmateriaal, dat voldoende draagkracht heeft.
4.8     Absturzsicherung                                             㛯㛯㛯
                                                                     4.8      Beveiliging tegen vallen
         Bei Arbeiten in größeren Höhen besteht Absturzgefahr.                  Bij werkzaamheden op grotere hoogten bestaat gevaar
         Es sind geeignete Absturzsicherungen zu nutzen.                        voor naar beneden vallen. Er dient voor geschikte beveili-
                                                                                gingen gezorgd te worden.

                                                                    13
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                              Montagehandleiding
㛯㛯㛯
4.9    Elektroanschluss                                                3.8    Elektro-aansluiting
         Die Markise darf nur angeschlossen werden, wenn die                    Het zonnescherm mag alleen aangesloten worden als de
         Angaben auf der Kennzeichnung an der Markise                           gegevens op het scherm en/of de gegevens in de bijge-
         und/oder den Angaben in der beiliegenden Montagean-                    voegde montagehandleiding met de stroombron over-
         leitung mit der Stromquelle übereinstimmen. Die Kenn-                  eenkomen.
         zeichen bzw. Angaben müssen zumindest Werte über              Een elektronische, vaste aansluiting mag uitsluitend maar gebeu-
         Spannung, Frequenz und Leistung erhalten.                     ren aan netten die zijn uitgerust met een alpolige scheidingsvoor-
Ein elektrischer Festanschluss darf ausschließlich an Leitungsnetze    ziening met een contactopeningsbreedte van minstens 3 mm.
erfolgen, welche mit einer allpoligen Trennvorrichtung mit             De bijgevoegde montage-instructies van de geleverde onderdelen
mindestens 3 mm Kontaktöffnungsweite ausgestattet sind.                dienen in acht genomen te worden.
Die beigefügten Montagehinweise der mitgelieferten elektrischen        㛯㛯㛯
Komponenten sind zu beachten.                                          4.10   Gedeeltelijk gemonteerde zonneschermen
㛯㛯㛯                                                                             Bij zonneschermen, die gedeeltelijk op de fabriek ge-
4.10   Teilmontierte Markisen                                                   monteerd zijn, zijn de onderdelen, die onder veerspanning
         Bei werksseitig teilmontierten Markisen sind die unter                 staan (zie kenmerking) tegen openen beveiligd. Deze
         Federspannung stehenden Teile (siehe Kennzeichnung)                    beveiliging mag pas na de complete montage verwijderd
         gegen unbeabsichtigtes Öffnen gesichert. Diese Siche-                  worden.
         rung darf erst nach der kompletten Montage entfernt           Er bestaat ernstig gevaar voor verwondingen door de onderdelen
         werden.                                                       van het zonnescherm, die onder veerspanning staan!
Es besteht eine hohe Verletzungsgefahr durch die unter Feder-          㛯㛯㛯
spannung stehenden gekennzeichneten Markisenteile!                     4.11   Gebruik
㛯㛯㛯                                                                             Zonneschermen mogen uitsluitend als zonwering toege-
4.11   Bestimmungsgemäße Verwendung                                             past worden. Veranderingen, zoals bijv. toevoegingen, die
         Markisen dürfen nur als Sonnenschutz eingesetzt werden.                niet door weinor voorzien zijn, mogen alleen met schrif-
         Veränderungen, wie An- und Umbauten, die nicht von                     telijke toestemming van weinor aangebracht worden.
         weinor vorgesehen sind, dürfen nur mit schriftlicher Ge-      Extra belasting van het zonnescherm door hier bijv. andere voor-
         nehmigung von weinor vorgenommen werden.                      werpen aan te hangen of verandering van de draadspanning kan
Zusätzliche Belastungen der Markise durch angehängte Gegen-            tot beschadiging of het naar beneden vallen van het zonnescherm
stände oder durch Seilabspannungen können zu Beschädigungen            leiden en is daarom niet toegestaan.
oder zum Absturz der Markise führen und sind daher nicht zulässig.     㛯㛯㛯
㛯㛯㛯                                                                    4.12   Ongecontroleerde bediening
4.12   Unkontrollierte Bedienung                                                Bij werkzaamheden binnen het uitloopbereik van het
         Bei Arbeiten im Fahrbereich der Markise muss die auto-                 zonnescherm moet de automatische besturing uitgescha-
         matische Steuerung ausgeschaltet werden. Es besteht                    keld worden. Er bestaat gevaar voor verwonding of naar
         Quetsch- und Absturzgefahr.                                            beneden vallen.
Zusätzlich muss sichergestellt sein, dass die Markise nicht unbeab-    Bovendien moet ervoor gezorgd worden, dat het scherm niet per
sichtigt manuell bedient werden kann. Hierzu ist die Stromzufuhr       ongeluk bediend kan worden. Hiertoe dient de stroom uitgescha-
zu unterbrechen, z. B. Sicherungen auszuschalten oder die Stecker-     keld te worden.
kupplung am Motor zu trennen.                                          Als zonneschermen door meerdere personen bediend worden
Werden Markisen von mehreren Nutzern betrieben, muss eine              moet een vergrendelingsmechanisme (gecontroleerde stroomon-
vorrangig schaltende Verriegelungsvorrichtung (kontrollierte           derbreking buiten) geïnstalleerd worden, dat het in- en uitlopen
Stromunterbrechung von außen) installiert werden, die jegliches        van het zonnescherm onmogelijk maakt.
Ein- und Ausfahren der Markise unmöglich macht.

                                                                      14
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                            Montagehandleiding
㛯㛯㛯

Pict 4.1                            Pict 4.2                         Pict 4.3                            Pict 4.4

Pict 4.5                            Pict 4.6                                     Pict 4.7

4.12       Montageablauf für WGM 2030 Design vereinfacht             4.12       Verkorte montagebeschrijving voor
Spannsystem ist bereits voreingefädelt. So geht es:                             WGM 2030 Design
• Stützfüße anzeichnen, bohren und befestigen.                       De draad is al in het spansysteem aangebracht. De montage
                                                                     geschiedt op de volgende wijze:
• Transportprofil befestigen.
                                                                     • Steunvoeten markeren, boren en bevestigen.
• Seil in die Nut der Kopfplatte stecken (Pict 4.1 und 4.2).
                                                                     • Transportprofiel bevestigen.
• Laufwagen in das Transportprofil einführen und Kasten auf-
  stecken (Pict 4.2).                                                • Draad in de gleuf van de kopplaat steken (Pict 4.1 en 4.2).
• Kopfplatte mit Schraube am Transportprofil klemmen.                • Loopwagen in het transportprofiel aanbrengen en kast erop
                                                                       zetten (Pict 4.2.
• Kabelbinder entfernen (Pict 4.3).
                                                                     • Kopplaat met schroef op het transportprofiel klemmen
• Endkappe auf das Transportprofil aufstecken und befestigen
  (Endkappe Kopplung, Pict 4.7).                                     • Kabelverbinding verwijderen (Pict 4.3).
• Seil im Ausfallprofil straffziehen und Schraube der Seilklemme     • Eindkap op het transportprofiel steken en bevestigen
  festziehen (das Seil zieht sich selbstständig in die Transport-      (koppeling eindkap, Pict 4.7).
  profile, Pict 4.4).                                                • Draad in de uitvalprofiel strak trekken en schroef van de
• Seile mit Knoten hinter der Seilklemme sichern.                      draadklem vastdraaien (de draad trekt vanzelf de transport-
                                                                       profielen in, Pict 4.4).
• Netzschlauch über die Seilklemme ziehen (Pict 4.4).
                                                                     • Draden met knoop achter de draadklem borgen.
• Prüfen, ob das Seil über alle Umlenkrollen läuft (Pict 4.5).
                                                                     • Netslang over de draadklem trekken (Pict 4.4).
• Markise ausfahren und Vorspannband entfernen (Pict 4.6).
                                                                     • Controleren of de draad over alle omkeerrollen loopt (Pict 4.5).
• Motorendlage programmieren.
                                                                     • Zonnescherm uit laten lopen en voorspanband verwijderen
• Markise einfahren und Federspannangaben überprüfen.
                                                                       (Pict 4.6).
• Ausfallprofildeckel (ggf. auch Auflaufnocken) montieren.
                                                                     • Eindpositie motor programmeren.
• Markise Probefahren.
                                                                     • Zonnescherm in laten lopen en gegevens veerspanning
• Fertig!                                                              controleren.
                                                                     • Deksel uitvalprofiel (eventueel ook oploopnok) monteren.
                                                                     • Zonnescherm proef laten draaien.
                                                                     • Klaar!

                                                                    15
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                                   Montagehandleiding
㛯㛯㛯
       min. 270                                       min. 80                min. 270                                                      ca. 20

             max. 350
                                                                                                                           V1

                                                                                                                                      44
                                 max. 2000        max. 800
                                                                            max. 2100

                                                                                                                          80

Pict 5.1                                                         Pict 5.2                                    Pict 5.3

                                       44

                                             V3
                            44

                                 V2

                  80
Pict 5.4                                                                    Pict 5.5

5.         Montage einer Flachanlage                                        5.         Montage van een vlak scherm
            Vor Beginn der Montage ist zu prüfen,                                       Voor het begin van de montage controleren,
            • ob die gelieferten Montagekonsolen in Art und Anzahl                      • of de juiste soort en het juiste aantal consoles volgens
              mit der Bestellung übereinstimmen,                                          de bestelling geleverd is,
            • ob die bei der Bestellung gemachten Angaben über                          • of de bij de bestelling verstrekte gegevens m. b. t. de
              den Befestigungsuntergrund mit dem tatsächlich vor-                         bevestigingsondergrond met de werkelijk aangetroffen
              gefundenem Befestigungsuntergrund übereinstimmen.                           bevestigingsondergrond overeenkomen.
Sollten hierbei Abweichungen festgestellt werden, welche die                Mochten hierbij afwijkingen geconstateerd zijn, die de veiligheid
Sicherheit beeinträchtigen, so darf die Montage nicht durchge-              nadelig kunnen beïnvloeden, dan mag de montage niet uitgevoerd
führt werden.                                                               worden.
㛯㛯㛯                                                                         㛯㛯㛯
5.1        Montage der Stützfüße, der Profile und der                       5.1        Montage van de montagesteunen, de profielen en de
           Kastenbefestigung                                                           bevestiging van de kast

            Der Abstand der Befestigungspunkte darf 2000 mm nicht                       De afstand tussen de bevestigingspunten mag niet groter
            überschreiten (Pict 5.1 und 5.2).                                           zijn dan 2000 mm (Pict 5.1 en 5.2).
Es wird zwischen 3 Befestigungsarten unterschieden                          Er zijn drie verschillende bevestigingsvarianten (Pict 5.3 en 5.4)
(Pict 5.3 und 5.4)                                                          • Variant 1 (V1): kast vrijdragend (Pict 5.3),
• Variante 1 (V1): Kasten freitragend (Pict 5.3),                           • Variant 2 (V2): kastbevestiging op de onderconstructie (Pict 5.4),
• Variante 2 (V2): Kastenbefestigung auf der Unterkonstruktion              • Variant 3 (V3): kastbevestiging tegen de muur (Pict 5.4).
  (Pict 5.4),
• Variante 3 (V3): Kastenbefestigung an der Wand (Pict 5.4).
                                                                            Variant 1 (Pict 5.3)
                                                                            • Bevestigingsslede met montagesteun in de gleuf van het trans-
Variante 1 (Pict 5.3)                                                         portprofiel schuiven (Pict 5.5).
• Befestigungsschlitten mit Stützfuß in die Nut des Transport-              • Montagesteunen over het transportprofiel verdelen (rekening
  profils schieben (Pict 5.5).                                                houden met de afstanden (Pict 5.1 en 5.2)) en vastschroeven.
• Stützfüße auf das Transportprofil verteilen (Abstandsmaße
  beachten (Pict 5.1 und 5.2) und verschrauben.

                                                                      16
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                               Montagehandleiding
㛯㛯㛯
                             min. 10                                                    max. 200                                          44

                                                                                                                   V3
                           44

                                V2

               80
                                                                                                                        80
Pict 5.6                                      Pict 5.7                     Pict 5.8                     Pict 5.9

Pict 5.10

• Transportprofil mit den Stützfüßen auf die Unterkonstruktion         • Transportprofiel met de montagesteunen op de onderconstructie
  stellen und Bohrpositionen kennzeichnen (als Maß in der Breite         zetten en de boorgaten aftekenen (als maat in de breedte geldt
  gilt das angegebene Achsmaß; Platzbedarf für den Kasten                de aangegeven asmaat, rekening houden met de benodigde
  beachten).                                                             ruimte voor de kast).
• Befestigungslöcher für die Stützfüße auf der Unterkonstruktion       • Bevestigingsgaten voor de montagesteunen op de ondercon-
  bohren.                                                                structie boren.
• Stützfüße mit dem Transportprofil entsprechend dem Achsmaß           • Montagesteunen met het transportprofiel op de onderconstructie
  auf die Unterkonstruktion schrauben, Bohrlöcher gleichzeitig           schroeven. Boorgaten tegelijk met het inschroeven van de
  mit dem Einschrauben der Schrauben abdichten (Silikon).                schroeven afdichten (silikonenkit).
Es ist auch möglich, zuerst die Bohrposition zu kennzeichnen und       Het is ook mogelijk eerst de boorgaten af te tekenen en daarna
danach die Stützfüße und das Transportprofil zu verschrauben.          de montagesteunen en het transportprofiel aan elkaar vast te
                                                                       schroeven.
Variante 2 (Pict 5.6)
• Stützfüße und Transportprofil entsprechend Variante 1 befestigen.    Variant 2 (Pict 5.6)
• Befestigungswinkel und Kastenklammer miteinander verschrau-          • Montagesteunen en transportprofiel volgens variant 1 bevestigen.
  ben (Pict 5.7).                                                      • Bevestigingshoek en kastklem aan elkaar vastschroeven (Pict 5.7).

            Der seitliche Abstand der Kastenbefestigung von der                       De afstand aan de zijkant tussen de kastbevestiging en
            Kopfplatte darf maximal 200 mm betragen (Pict 5.8).                       de kopplaat mag maximaal 200 mm bedragen (Pict 5.8).
• Kastenbefestigung so weit wie gewünscht auf der Unterkonstruk-       • De kastbevestiging, zo ver als dit gewenst is, op de ondercon-
  tion an die Wand schieben, rechts und links ausrichten und             structie tegen de muur schuiven, rechts en links in de juiste
  Bohrloch kennzeichnen.                                                 positie brengen en het boorgat aftekenen.
• Loch bohren und Kastenbefestigung an der Unterkonstruktion           • Gat boren en de kastbevestiging aan de onderconstructie
  verschrauben.                                                          vastschroeven.

Variante 3 (Pict 5.9)                                                  Variant 3 (Pict 5.9)
• Stützfüße und Transportprofil entsprechend Variante 1 befestigen.    • Montagesteunen en transportprofiel volgens variant 1 bevestigen.
• An eine Kastenklammer 2 Befestigungswinkel schrauben (Pict 5.10).    • Aan een kastklem 2 bevestigingshoeken schroeven (Pict 5.10).

            Der seitliche Abstand der Kastenbefestigung von der                       De afstand aan de zijkant tussen de kastbevestiging en de
            Kopfplatte darf maximal 200 mm betragen (Pict 5.8).                       kopplaat mag maximaal 200 mm bedragen (Pict 5.8).
• Kastenbefestigung auf der Unterkonstruktion an die Wand              • Kastbevestiging op de onderconstructie tegen de muur schuiven
  schieben und Bohrlöcher kennzeichnen.                                  en boorgaten aftekenen.
• Löcher bohren und Kastenbefestigung an der Wand                      • Gaten boren en kastbevestiging aan de muur vastschroeven.
  verschrauben.

                                                                      17
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                                     Montagehandleiding
㛯㛯㛯
                          2
                                                                    V3
                  1                                                                                                                L1 = L2

                                                1
                                                                                                                              L1
                                                           2                                                                                 L2
                                                                                                      V2
                                                               V2

Pict 5.11                                     Pict 5.12                  Pict 5.13                                Pict 5.14

Tab 1                                      Achsmaß in cm                   Tab 1                                      asmaat in cm
                                 bis 300               301 bis 650                                         tot 300               301 tot 650
Parallel                        ± 0,3 cm                  ± 0,5 cm         parallel                        ± 0,3 cm                   ± 0,5 cm
Horizontal                           – 0,4 cm bis + 1,0 cm                 horizontaal                          – 0,4 cm tot + 1,0 cm
Diagonal                                        1 cm                       diagonaal                                     1 cm

5.2         Montage und Ausrichten der Profile und des Kastens             5.2        Montage en in de juiste positie brengen van de kast
Variante 1 (Pict 5.11)                                                     Variant 1 (Pict 5.11)
• Transportprofile nach dem Achsmaß ausrichten (Tab 1) und                 • Transportprofiel aan de hand van de tabel met asmaten
  verschrauben.                                                              (zie tab. 1) in de juiste positie brengen en vastschroeven.
• Vormontierten Kasten auf die Unterkonstruktion heben.                    • Voorgemonteerde kast op de onderconstructie tillen.
• Ausfallprofil mit dem Laufwagen in die Transportprofile                  • Uitvalprofiel met de loopwagen in de transportprofielen
  einschieben und Kasten auf die Transportprofile aufstecken                 schuiven en de kast op de transportprofielen steken (Pict 5.11).
  (Pict 5.11).                                                             • Transportprofiel met de schroef aan de kast klemmen.
• Transportprofil mit der Schraube an den Kasten klemmen.                  Het zonnescherm wordt nu, zo ver als dit gewenst is, tegen de
Die Anlage wird nun soweit wie gewünscht an die hintere                    achterkant van de serre geschoven.
Begrenzung des Wintergartens geschoben.
                                                                           Variant 2 en 3 (Pict 5.12)
Variante 2 und 3 (Pict 5.12)                                               • Bevestigingsslede bij de montagesteunen losmaken.
• Befestigungsschlitten an den Stützfüßen lösen.                           • Transportprofielen zo ver terugschuiven, dat de kast in de
• Transportprofile soweit zurückschieben, dass der Kasten in die             kastklemmen ingedraaid kan worden.
  Kastenklammern eingedreht werden kann.                                   • Transportprofiel met een schroef bij de montagesteun tegen
• Transportprofil mit einer Schraube am Stützfuß gegen verrutschen           verschuiven vastzetten.
  sichern.                                                                 • De voorgemonteerde kast op de onderconstructie tillen.
• Vormontierten Kasten auf die Unterkonstruktion heben.                    • Kast in de kastklemmen indraaien en vastschroeven (Pict 5.12).
• Kasten in die Kastenklammern eindrehen und verschrauben                  • Transportprofielen naar de kast schuiven en het uitvalprofiel
  (Pict 5.12).                                                               met de loopwagen erin steken (Pict 5.13).
• Transportprofile zum Kasten schieben und das Ausfallprofil mit           • Transportprofielen in de kast steken.
  dem Laufwagen einführen (Pict 5.13).
                                                                           • Transportprofiel met de schroef aan de kast klemmen.
• Transportprofile auf die Aufnahme im Kasten stecken.
                                                                           Om een perfect functioneren van het zonnescherm te garanderen,
• Transportprofil mit der Schraube an den Kasten klemmen.                  is het van groot belang, dat dit in de juiste positie gebracht wordt
Um eine sichere Funktion der Anlage garantieren zu können, ist             (tab 1). Tenslotte worden de montagesteunen aan het transport-
auf das Ausrichten besonders Wert zu legen (Tab 1). Zum Schluss            profiel vastgeschroefd.
werden die Stützfüße mit dem Transportprofil fest verschraubt.             Door diagonaal te meten, wordt gecontroleerd of het zonnescherm
Die Rechtwinkligkeit der Anlage prüft man durch diagonales                 rechthoekig is (Pict 5.14). Indien noodzakelijk het zonnescherm
Messen (Pict 5.14). Wenn notwendig, ist die Anlage nochmals                nogmaals in de juiste positie brengen.
auszurichten.

                                                                         18
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                                  Montagehandleiding
㛯㛯㛯
                                                                                                Distanzrohrhalter
                                                                                                Afstandsbuishouder
                   L1 = L2

                                                                          bei Montage gebohrt
                                                                          bij montage geboord

                                         L2
L1

                                                                                                              bei Montage gebohrt
                                                                                                              bij montage geboord

                 Distanzrohr
                 afstandsbuis

                                                                         Ø 5,2                                                      Ø 5,2
Pict 5.15

                                                             Pict 5.16                                        Pict 5.17

5.3         Montage des Distanzrohres                                       5.3     Montage van de afstandsbuis

             Wird ein Distanzrohr mitgeliefert, so ist dieses auch an                 Indien er een afstandsbuis bijgeleverd wordt, dan moet
             der Anlage anzubringen.                                                  deze ook gemonteerd worden.
• Distanzrohr in der Mitte der Transportprofile befestigen                  • Afstandsbuis in het midden van de afstandsprofielen bevestigen
  (Pict 5.15).                                                                (Pict 5.15).
Auf Wunsch oder bei großen Anlagen wird ein „Distanzrohr oben“              Indien gewenst of bij grotere zonneschermen wordt er een
mitgeliefert. Die Anbringung ist in den Pict 5.16 und Pict 5.17             afstandsbuis voor boven bijgeleverd. De montage hiervan is
dargestellt.                                                                op de Pict 5.16 en 5.17 weergegeven.

                                                                         19
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                                  Montagehandleiding
㛯㛯㛯

                                  be l
                                       d
                                                                                Zugfeder                                      Vorspannhilfsband

                                or ie
                                    el
                                                                                trekveer                                      voorspanband

                              vo isp                                      Pict 5.27
                         Be

Pict 5.26

 linke Seite         rechte Seite
 linke zijde         rechte zijde
Pict 5.28                           Pict 5.29                Pict 5.30                                                         Pict 5.31

5.4         Das Einlegen und Spannen des Seiles                           5.4         Het aanbrengen en spannen van de draad
Die folgenden Arbeiten sind auf beiden Seiten der Anlage                  De volgende werkzaamheden dienen aan beide zijden van het
durchzuführen. Die Anlage verbleibt im eingefahrenem Zustand.             zonnescherm uitgevoerd te worden. Het zonnescherm bevindt
Alle WGM 2030/2020 Design Produkte werden vorgespannt                     zich in ingelopen toestand.
ausgeliefert, d. h. die eingestellte Vorspannung der Federn ent-          Alle WGM 2030/2020 Design producten worden voorgespannen
spricht dem Wert L1 des Aufklebers im Ausfallprofildeckel                 geleverd d. w. z. de ingestelde voorspanning van de veren komt
(siehe Pict 5.26).                                                        overeen met de waarde L1 van de sticker in het deksel van het
               Das Spannsystem steht unter Federspannung! Das             uitvalprofiel (zie Pict 5.26).
               Vorspannhilfsband (Pict 5.27) darf nicht vor dem                       Het spansysteem staat onder veerspanning. Het voor-
               Verbinden der Seile gelöst werden! Das Getriebe kann                   spanband (Pict 5.27) mag niet voor het met elkaar
               sonst zerstört werden!                                                 verbinden van de draden losgemaakt worden!
• Kopfplattendeckel abnehmen.                                                         Hierdoor kan de aandrijving ernstig beschadigd worden.
               Das Seil muss mindestens 2 Wicklungen aufgerollt sein      • Deksel van de kopplaat verwijderen.
               und nebeneinander auf der Seiltrommel liegen. Die                      De draad moet minstens 2 x om de draadtrommel
               Anzahl der Wicklungen muss auf beiden Seiten gleich                    gewikkeld zijn en er dient op gelet te worden, dat de
               sein (Pict 5.28).                                                      draad niet over elkaar maar naast elkaar ligt. Het aantal
• Seilende am eingelegten Band befestigen.                                            malen, dat de draad om de draadtrommel gewikkeld is,
                                                                                      dient aan beide zijden hetzelfde te zijn (Pict 5.28).
• Seil auf der Motorseite unter dem Endschalter einführen.
                                                                          • Het uiteinde van de draad aan de voorspanband bevestigen.
• Seil mittels Band durch das Transportprofil ziehen (richtige
  Kammer beachten, Pict 5.29).                                            • Draad aan de motorzijde onder de eindschakelaar invoeren.
• Band entfernen.                                                         • Draad d. m. v. de band door het transportprofiel trekken
                                                                            (Pict 5.29).
• Seil um die Umlenkrolle der Endkappe legen und Endkappe am
  Transportprofil verschrauben.                                           • Band verwijderen.
• Deckel des Ausfallprofils öffnen und den Deckel hinter das              • Draad om de omlegrol van de eindkap leggen en eindkap aan
  Ausfallprofil, mit der Innenseite nach oben, auf das Tuch legen.          het transportprofiel vastschroeven.
• Seil bis zum Laufwagen ziehen.                                          • Deksel van het uitvalprofiel openen en het deksel achter het uit-
                                                                            valprofiel, met de binnenzijde naar boven, op het doek leggen.
• Seil hinter der Umlenkrolle in das Ausfallprofil einführen
  (Pict 5.30 und Pict 5.31).                                              • Draad tot de loopwagen doortrekken.
• Ausfallprofil vom Transportprofil wegdrücken und das Seil in            • Draad achter de omlegrol in het uitvalprofiel invoeren (Pict 5.30
  die Umlenkrolle des Laufwagens und über die 3-fach Rolle                  en Pict 5.31).
  legen (Pict 5.31).                                                      • Uitvalprofiel van het transportprofiel wegdrukken en de draad
                                                                            in de omlegrol van de loopwagen en over de 3-voudige rol
                                                                            leggen (Pict 5.31).

                                                                         20
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                            Montagehandleiding
㛯㛯㛯

                                Seilblock                               Seilklemme
                                draadblok                               draadklem
                            Feder                                 Vorspanngabel
                            veer                                  voorspanvork
Pict 5.32             Getriebe                                Umlenkrolle der Vorspanngabel
                      aandrijving                             omlegrol van de voorspanvork           Der Einlaufnocken oben wird bei WGMs
                                                                                                     mit einem Achsmaß von 5 m mitgeliefert.
                                                                                                     Er ist nach dem Schließen des Ausfallpro-
                                                                                                     fildeckels in der Mitte des Ausfallprofils
                                                                                                     an den Deckel zu schrauben. Der Einlauf-
                                                                                                     nocken und die Schraubeliegen im Bei-
                                                                                                     pack. Das Loch im Ausfallprofildeckel ist
                                                                                                     bereits vorhanden.
                                                                                                     De inloopnok boven wordt bij de WGM’s
                                                                                                     met een asmaat van 5 m meegeleverd.
                                                                                                     Deze dient na het sluiten van het deksel
                                                                                                     van het uitvalprofiel in het midden van
                                                                                                     het uitvalprofiel op de deksel geschroefd
                                                                                                     te worden. De inloopnok en de schroef
                                                                                                     worden in extra verpakking bijgeleverd.
                                                                                                     Het gat in het deksel van het uitvalprofiel
                                                                                                     is al voorgeboord.
Pict 5.33                           Pict 5.34

• Seil um die Umlenkrolle der Vorspanngabel und um den                • Draad om de omlegrol van de voorspanvork en om het draad-
  Seilblock der Feder legen (Pict 5.32).                                blok van de veer leggen (Pict 5.32).
• Seilklemmenummantelung (Netz) über ein Seil schieben.               • Ommanteling van de draadklem (net) over de draad schuiven.
• Beide Seilenden mit der beiliegenden Seilklemme, ungefähr in        • Beide uiteinden van de draad met de bijgeleverde draadklem,
  der Mitte des Ausfallprofils verbinden (Pict 5.33).                   ongeveer in het midden van het uitvalprofiel, met elkaar
• Vor dem Festklemmen Seil nochmals per Hand straff ziehen und          verbinden (Pict 5.33).
  überprüfen, ob das Seil auf allen Umlenkrollen (Endkappe, Lauf-     • Voor het vastklemmen de draad nogmaals met de hand strak
  wagen Vorspanngabel, Seilblock und Kopfplatte) liegt.                 trekken en controleren of de draad op alle omlegrollen (eind-
• Nach dem Verbinden der Seilenden das Netz über die Seilklemme         kap, loopwagen, voorspanvork, draadblok en kopplaat) ligt.
  ziehen, mit den überstehenden Seilenden vor und hinter der          • Nadat de uiteinden van de draad met elkaar verbonden zijn,
  Seilklemme einen Knoten machen und das überstehende Seil              het net over de draadklem trekken, met de uitstekende uit-
  verstauen.                                                            einden van de draad voor en achter de draadklem een knoop
• Mit einem Feuerzeug die Seilenden verschmelzen.                       maken en de uitstekende draad wegstoppen.
• Danach die Federn mit dem Getriebe soweit entspannen, dass          • Met een aansteker de uiteinden van de draad dichtsmelten.
  das Vorspannband locker wird (nicht über den Spindelanschlag        • Daarna de veren met de aandrijving zover ontspannen, dat de
  drehen!).                                                             voorspanband los wordt (niet over de aanslag van de spil
• Vorspannband zerschneiden und entfernen.                              draaien!)
• Federlänge mit dem Wert L1 (Aufkleber auf dem Ausfallprofil-        • Voorspanband stuk snijden en verwijderen.
  deckel (Pict 5.26)) vergleichen und notfalls mit dem Getriebe       • Veerlengte met de waarde L1 (sticker op het deksel van het
  nach- oder entspannen.                                                uitvalprofiel (Pict 5.26)) vergelijken en indien nodig met de
• Ausfallprofildeckel schließen und am Ausfallprofil verschrauben;      aandrijving bij- of ontspannen.
  über 5 m Achsmaß wird ein Einlaufnocken oben mitgeliefert, er       • Deksel van het uitvalprofiel sluiten en aan het uitvalprofiel vast-
  ist zusammen mit dem Deckel in der Mitte am Ausfallprofil zu          schroeven. Boven 5 m asmaat wordt een inloopnok voor boven
  verschrauben (Pict 5.34).                                             bijgeleverd. Deze dient samen met het deksel in het midden aan
• Stopfen in das Getriebeloch stecken.                                  het uitvalprofiel vastgeschroefd te worden (Pict 5.34).
                                                                      • Stop in het gat van de aandrijving steken.

                                                                     21
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                                  Montagehandleiding
㛯㛯㛯

Pict 5.35                                                                Pict 5.36

                                                                                                                        L1

Pict 5.37                                                                Pict 5.38

Differenz in mm
                      10      20     30      40     50    60       70        80       90    100    110    120    130      140    150     160
verschil in mm
Umdrehungen
                       7      13     20      27     34    40       47        54       60     67     74     80     87      94     101     107
omwentelingen

Pict 5.39 Beispiel
          voorbeeld

5.5         Das Spannen des Seiles im Servicefall                        5.5         Het spannen van de draad
Das nachfolgend beschriebene Spannen wird notwendig, wenn                De onderstaande beschrijving voor het spannen van de draad is
kein Vorspannband mehr zur Verfügung steht, z. B. Motorwechsel,          nodig in die gevallen, waarin de voorspanband verwijderd is,
Tuchwechsel o. ä.                                                        bijv. bij vervanging van de motor, vervanging van het doek enz.
• Das Ausfallprofil ca. 10 cm vor den Kasten fahren.                     • Het uitvalprofiel ca 10 cm voor de kast uit laten lopen.
• Seil entsprechend Pict 5.35 einlegen und Netz über ein Seilende        • Draad overeenkomstig Pict 5.35 aanbrengen en het net over een
  ziehen.                                                                  uiteinde van de draad trekken.
• Beide Seilenden in der Mitte des Ausfallprofils mit der Seilklemme     • Beide uiteinden van de draad in het midden van het uitvalprofiel
  verbinden und Schraube der Seilklemme so anziehen, dass sich             met de draadklem met elkaar verbinden en de schroef van de
  das Seil noch durch die Klemme ziehen lässt (Pict 5.36).                 draadklem zo aantrekken, dat de draad nog door de klem
• Federlänge L1 im Ausfallprofil kennzeichnen.                             getrokken kan worden (Pict 5.36).
• Seilenden per Muskelkraft soweit straff ziehen, bis die Feder-         • Veerlengte L1 in het uitvalprofiel markeren.
  länge L1 erreicht ist.                                                 • Uiteinden van de draad met de hand strak trekken tot de
• Seilklemme in diesem Moment fest anziehen (Pict 5.37).                   veerlengte L1 bereikt is.
• Länge der beiden Federn messen (Pict 5.38).                            • Op het moment, dat deze veerlengte bereikt is, de draadklem
                                                                           vast aantrekken (Pict 5.37).
• Gemessene Werte mit L1 auf dem Aufkleber im Ausfallprofil-
  deckel (Pict 5.26, Abs. 5.4) vergleichen.                              • Lengte van de beide veren meten (Pict 5.38).
• Differenz der zwei Werte ermitteln.                                    • Gemeten waarden met L1 op de sticker in het deksel van het
                                                                           uitvalprofiel (Pict 5.26, punt 5.4) vergelijken.
• In der Tabelle im Ausfallprofildeckel die Getriebeumdrehungs-
  zahl ermitteln (Pict 5.39).                                            • Het verschil tussen de twee waarden bepalen.
• Mit dem Getriebe die Federn soweit spannen oder entspannen             • In de tabel in het deksel van het uitvalprofiel het aantal
  bis der Wert L1 erreicht ist.                                            omwentelingen van de aandrijving bepalen (Pict 5.39).
Ausfallprofildeckel schließen und am Ausfallprofil verschrauben;         • Met de aandrijving de veren zover spannen of ontspannen
über 5 m Achsmaß wird ein Einlaufnocken oben mitgeliefert, er ist          tot de waarde L1 bereikt is.
zusammen mit dem Deckel in der Mitte am Ausfallprofil zu ver-            Deksel van het uitvalprofiel sluiten en aan het uitvalprofiel vast-
schrauben (Pict 5.34, Abs. 5.4). Stopfen in das Getriebeloch stecken.    schroeven. Boven 5 m asmaat wordt een inloopnok voor boven
                                                                         bijgeleverd. Deze dient samen met het deksel in het midden aan
                                                                         het uitvalprofiel vastgeschroefd te worden (Pict 5.34, punt 5.4).
                                                                         Stop in het gat van de aandrijving steken.

                                                                        22
Montageanleitung
WGM 2030/2020 Design
                                                                              Montagehandleiding
㛯㛯㛯
                                                                             Verbindungsstück
                                                                             verbindingsstuk                               L1 = L2

                                                                             Transportprofil
                                                                             transportprofiel
                                                                                                                      L1
                                                                                                                                     L2
                                                                             Befestigungsschlitten
                                                                             bevestingingsslede

Pict 6.1                                       Pict 6.2                                                    Pict 6.3

6.         Montage einer Bogenanlage WGM 2020 Design                    6.     Montage van een gebogen scherm WGM 2020 Design
Die Transportprofile von Bogenanlagen werden größtenteils in            De transportprofielen van gebogen schermen worden voor het
Segmenten ausgeliefert und müssen vor und hinter den Bögen              grootste gedeelte in segmenten aangeleverd en deze moeten
miteinander verbunden werden (Pict 6.1).                                voor en achter de bogen met elkaar verbonden worden (Pict 6.1).
Die ersten Arbeitsschritte erfolgen entsprechend Abs. 5.1. Zu           De eerste handelingen dienen volgens punt 5.1 verricht te worden.
beachten ist, dass vorerst nur die Transportprofile auf der Unter-      Er dient op gelet te worden, dat eerst alleen de transportprofielen
konstruktion befestigt werden, die sich direkt am Kasten befinden.      op de onderconstructie bevestigd worden, die zich direkt aan de
Die Montage des Kastens erfolgt wie im Abs. 5.2 beschrieben, die        kast bevinden. De montage van de kast geschiedt zoals bij punt 5.2
Transportprofile müssen aber noch nicht ausgerichtet werden.            beschreven is. De transportprofielen moeten nog niet in de juiste
• Restliche Stützfüße montieren (unmittelbar vor und hinter             positie gebracht worden.
  dem Bogen einen Stützfuß setzen! (Pict 6.1)).                         • De overige montagesteunen monteren (direkt voor en achter
            An der Kopplungsstelle zweier Transportprofile immer          de boog een montagesteun plaatsen (Pict 6.1)).
            einen Stützfuß setzen (Pict 6.1 und 6.2). Der Universal-             Bij het koppelingspunt van twee transportprofielen altijd
            stützfuß (Pict 6.6) kann dazu nicht verwendet werden.                een montagesteun aanbrengen (Pict 6.1 en 6.2). De
• Alle Transportprofilsegmente an den Stützfüßen verschrauben                    universele montagesteun (Pict 6.6) kan daar niet voor
  und die Transportprofilsegmente miteinander koppeln (Pict 6.2).                gebruikt worden.
• Mit dem beiliegendem Band das Seil durch alle Transportprofil-        • Alle transportprofielsegmenten aan de montagesteunen vast-
  segmente ziehen (siehe Abs. 5.4).                                       schroeven en de transportprofielsegmenten aan elkaar koppelen
                                                                          (Pict 6.2).
• Anlage entsprechend ausrichten, Diagonale messen (Pict 6.3).
                                                                        • Met de bijgeleverde band de draad door alle transportprofiel-
Danach wird das Seil entsprechend Abs. 5.3 in der Anlage verlegt
                                                                          segmenten trekken (punt 5.4).
und die Anlage gespannt.
                                                                        • Zonnescherm in de juiste positie brengen en de diagonalen
Die Montage von Distanzrohren im Flachbereich erfolgt entspre-
                                                                          meten (Pict 6.3).
chend Abs. 5.3.
                                                                        Daarna wordt de draad overeenkomstig punt 5.3 in het zonnscherm
                                                                        aangebracht en gespannen.
                                                                        De montage van afstandsbuizen in het vlakke gedeelte van het
                                                                        zonnescherm gschiedt volgens punt 5.3.

                                                                       23
Sie können auch lesen